Jammer, maar niet getreurd!
Het doek is gevallen. Na het eerste seizoen op KNSB-niveau heeft onze club het veroverde terrein weer moeten prijsgeven. We wisten vanaf het begin van dit competitiejaar dat het moeilijk zou worden om ons te handhaven, want ons team bezat met afstand de laagste gemiddelde rating. Maar naarmate het seizoen vorderde groeide het vertrouwen dat we het zouden redden. Met nog twee ronden te gaan hadden we de zes wedstrijdpunten vergaard waarvan we dachten dat die voldoende zouden zijn voor lijfsbehoud.
Wat daarbij niet was ingecalculeerd was het grote aantal verrassende uitslagen. Zo verloor de latere kampioen Almelo punten aan degradatiekandidaten SISSA 3 en Schaakwoude, de nummer twee ZSG Zwolle aan Schaakwoude en de nummer drie Emanuel Lasker aan SISSA 3. Daardoor bleken de zes punten van WES net niet voldoende. Weliswaar was Denk en Zet/O&O Kampen al gedegradeerd, maar in de laatste ronde ging de strijd om het ontlopen van de tweede degradatieplaats nog tussen Schaakwoude (5 punten) en WES (6 punten). En wat gebeurde? WES verloor van Staunton en Schaakwoude won met het kleinst mogelijke verschil van SISSA 3. Einde verhaal.
Zaterdagmiddag zag het er lange tijd niet naar uit dat WES zou verliezen. Na tweeëneenhalf uur spelen stonden Fokke, Ferdi, Arjen, Rick en Wouter alle vijf goed tot zeer goed en Auke en Joost leken zich te kunnen handhaven. Alleen aan het vierde bord had Carla een probleem en dat was de tijdnood waarmee zij kampte. Nu is dat geen ongewoon verschijnsel: het is een onderdeel van haar spel en in de twee vorige ronden ging zij onder die druk steeds beter spelen. Dat patroon leek zich nu te herhalen. Weliswaar had zij een loper moeten inleveren voor twee pionnen, maar zij had een positie bereikt die niet zonder perspectief leek.
De eerste uitslag kwam van de hand van Arjen. Zijn koning was in problemen geraakt, maar met eeuwig schaak had hij die weten te ontzenuwen. Bij het analyseren na afloop kwam echter aan het licht dat hij een opgelegde winst had gemist. (½-½)
De nederlaag van Carla was een tegenvaller. Haar tegenstander had zich inventief verdedigd. Dat was de oorzaak dat Carla de controle bij de veertigste zet niet haalde en door tijdsoverschrijding verloor. (½-1½)
Fataal leek de achterstand echter niet te hoeven zijn. Fokke en Ferdi kregen vervolgens remise aangeboden. Het bewees wel dat de indruk dat aan hun stellingen eer te behalen viel, juist was.
Dat Wouter in remise moest berusten, was echter een domper. Hij leek zijn tegenstander in het begin van de partij te hebben overspeeld met een opstoot e5-e6, die uiteindelijk leidde tot een sterk pionnenfront op d5 en e6. Maar door secuur verdedigen van de Staunton-speler kwam hij niet echt verder en met weinig tijd op de klok koos hij voor zekerheid. (1-2)
En toen… ging het plotseling vreselijk mis aan de twee hoogste borden. Auke moest erg op zijn hoede zijn toen zijn jeugdige tegenstander Jonas Hilverda een dreigende koningsaanval opzette, maar hij leek die te kunnen pareren. Totdat hij zijn klok vergat, niets vermoedend in diep gepeins verzonk en er even later door zijn opponent op werd gewezen dat zijn vlag was gevallen. (1-3) Tot overmaat van ramp moest Fokke zich onmiddellijk daarna ook gewonnen geven. Nadat hij remise had afgeslagen had hij zich langzaam laten wegdrukken en met een sterke paardzet dwong zijn tegenstander de beslissing af. (1-4)
Op dat moment was duidelijk dat WES een nederlaag tegemoet ging. Want ook Joost, die aan bord drie de sterkste Stauntonspeler had getroffen, had het moeilijk. Hij had de opening en het middenspel sterk gespeeld, maar toen hij zijn ‘inktvis’ (een paard op d3) niet kon handhaven, kreeg hij sterke druk via de c-lijn te verduren. Gelukkig had Ferdi zijn toreneindspel met pluspion inmiddels voorbeeldig afgerond. (2-4). Daarmee werd hij met zijn persoonlijke score van 5½ uit 9 de topscorer van ons team.
De twee laatste uitslagen lieten lang op zich wachten. Joost weerde zich nog als een leeuw, maar het toreneindspel op zijn bord bleek niet te houden. (2-5) De laatste partij – die van Rick – duurde nog veel langer, omdat die zich aanvankelijk heel traag had ontwikkeld. Rick had een klein voordeeltje vanwege een zwakke dubbelpion van zijn tegenstander, maar lang leek remise het meest waarschijnlijke resultaat. Totdat Rick erin slaagde de stelling van zijn tegenstander toch te ontmantelen. Hij verzuimde echter de partij te beslissen toen die kans zich voordeed en moest zelfs even voor zijn leven vrezen. Later bleek dat de Groninger in die fase remise had kunnen afdwingen. Toen ook dat niet gebeurde, was Rick er snel bij om alsnog de winst af te dwingen. (3-5)
Toen bekend werd dat Schaakwoude had gewonnen en de degradatieplaats aan WES had overgedaan, was de eerste teleurstelling groot. Toch overheerste even later al weer het gevoel dat we ons danig hebben geweerd en dat we de KNSB-competitie met opgeheven hoofd kunnen verlaten. In het komende seizoen gaan we met frisse moed proberen het verloren gegane terrein te herwinnen. Want het beviel erg goed, die zaterdagwedstrijden.
De gedetailleerde uitslag:
1. Auke van Urk (1957)-Jonas Hilverda (2056) 0-1
2. Fokke Jonkman (2021)-John Riksten (2052) 0-1
3. Joost van Dam (1922)-Paul Hummel (2124) 0-1
4. Carla Bruinenberg (1801)-Hans Polee (1976) 0-1
5. Ferdi van Bavel (1917)-Edwin Zuiderweg (1933) 1-0
6. Arjen Pragt (1894)-Theo Ebels (1930) ½-½
7. Rick Kompaan (1738)-Piet Mulder (1886) 1-0
8. Wouter van de Griendt (1814)-Henk Seijen (1658) ½-½
Remco Heite